Het inmiddels steeds bekendere repair-café viert komende maand zijn tienjarig jubileum. Het is een wekelijkse of maandelijkse bijeenkomst waarop technische handige vrijwilligers apparaten repareren. Iedereen kan er kapotte spullen brengen.
18 oktober 2009 werd in Amsterdam-West het allereerste café gehouden.
Vroeger was het heel gewoon om apparaten te laten repareren. De meeste zijn inmiddels echter zo goedkoop geworden, dat kapotte apparaten al snel total-loss zijn: de waarde ervan is lager dan de reparatiekosten. Als we al weten wie ze zou kunnen repareren.
Wereldwijd
De initiatiefneemster van het eerste repair-café, Martine Postma, is in dit gat gedoken. En met veel succes. In ons land zijn er inmiddels al meer dan vijfhonderd repair-cafés. Wereldwijd al meer dan 1.600.
Dat is voor een groot deel te danken aan de Stichting Repair Café, die een half jaar na de start van het eerste café is op gericht, en wereldwijd repair cafés helpt.
Een van de middelen daarvoor is de RepairMonitor. Daarin vermelden reparateurs wereldwijd welk defect ze in een apparaat aantroffen, wat ze hebben gedaan om het te verhelpen en of dat succesvol was.
Andere reparateurs kunnen er hun voordeel mee doen. Bovendien kan de monitor duidelijk maken hoe we een apparaat beter wel of niet kunnen gebruiken.
De monitor kan ook duidelijk maken wat producenten moeten doen om hun producten minder kwetsbaar of beter repareerbaar te maken. En of het misschien gewenst is dat de overheid voor de productie regels stelt.
Bij jou in de buurt?
Je kunt googelen waar bij jou in de buurt een repair café is. Maar je kunt ook naar www.repaircafe.org gaan. Daar kun je je ook aanmelden wanneer je zelf een repair café wilt beginnen.
Geef als eerste een reactie