Heeft het klimaatbeleid echt effect?

Er zijn mensen die lang hebben volgehouden dat de temperatuur helemaal niet stijgt. Of dat de mens daar helemaal geen invloed op heeft. Voor die verhalen kunnen we inmiddels onze schouders ophalen. Ze horen tot de categorie ‘de wereld is plat’.

Er is echter een fundamentele kritiek op het klimaatbeleid die niet zo maar van de tafel is te vegen: dat het beleid de temperatuur nauwelijks zou kunnen beïnvloeden. De middelen die we op dit moment inzetten zouden veel te weinig effect hebben.  

Op dit moment komt de hernieuwbare energie voor de helft van de verbranding van biomassa. Die vervuilt de lucht, maar ze levert ook betrekkelijk weinig op.

Als alle landbouwgrond in de wereld gebruikt zou worden voor biomassaverbranding, zou dat maar tien procent van energiebehoefte dekken.

Ook de maximale opbrengst van zonne- en zeker windenergie is beperkt.  

De dreigende gevolgen van de steeds verdere temperatuurstijging zijn echter zo groot en ontwrichtend, dat dit toch geen reden kan zijn om ons maar bij naderende rampen neer te leggen.

Weinig mensen zullen tegen toekomstige generaties willen zeggen dat ze het maar moeten uitzoeken?

Er zijn vijf deel-oplossingen:

1. Inzet van alle beschikbare duurzame energiebronnen, dus zonne- en windenergie, warmtepompen, gebruik van restwarmte van bedrijven en eventueel verbranding van biomassa, maar ook gebruik van de temperatuur van oppervlakte- en afvalwater en aardwarmte. En een heftig discussiepunt: kernenergie? Volgens het energieagentschap van de VN een onmisbaar middel om de klimaatdoelen te halen.

2. Zeer goed isoleren van woningen, kantoren en andere gebouwen.

3. Volop inzetten op de ontwikkeling van duurzame technologie, voor alle nu al gebruikte energiebronnen. Daartoe behoren ook minder risicovolle vormen van kernenergie, met name kernfusie en thoriumreactoren met gesmolten zout als koelmiddel.

4. Het vastleggen van CO2, door het planten van heel veel bomen, veel meer gebruik van hout in de bouw of het ondergronds opslaan van CO2.       

5. Stevig beperken van de vraag naar producten die tot veel uitstoot van broeikasgassen leiden. Dit is gemakkelijk te bevorderen door de uitstoot van CO2 voldoende te beprijzen.

Met de opbrengst kunnen ook de maatregelen betaald worden om de klimaatschade te voorkomen of herstellen. Een spitsheffing op de weg is daarvan een voorbeeld.

Hoe beter de combinatie van deze deeloplossingen, hoe groter onze bijdrage aan de beperking van de stijging van temperatuur. De beprijzing van de klimaatschade kan daarbij snel resultaat opleveren.

Voor de andere middelen geldt: we moeten onze euro’s daar besteden waar ze het grootste klimaat-effect opleveren. Het is niet gemakkelijk te bepalen hoe die verdeling precies is.

Wat dit extra moeilijk maakt, is dat we niet weten hoe snel welke technologische verbeteringen en nieuwe mogelijkheden eraan komen.

Wat de verduurzaming van de woningen, kantoren en andere panden nog eens extra moeilijker maakt, is dat ze erg veel tijd kost. We hebben er tientallen jaren voor nodig.

En we weten niet of er over twintig jaar betere manieren voor zijn. Toch moeten we er tijdig, dat is nú mee beginnen.

Het meest logisch is om te beginnen met de verduurzaming die evident goed en betaalbaar is, en niet al over enkele jaren is achterhaald.

En dat is nou precies wat de gemeenten proberen te doen, in nauw overleg met de eigenaren van de panden en de bewoners en gebruikers.

Wil je op de hoogte blijven van nieuws, achtergronden en analyses? Vul dan hieronder je naam en e-mail-adres in. Je kunt je elk moment weer afmelden.