Inmiddels is duidelijk welke soort wijken komende jaren het eerste van het gas af gaan. Ze scoren hoog op meerdere van de volgende kenmerken.
1. De gasleidingen zijn verouderd en aan vervanging toe.
Hier hoog op scoren kan al voldoende zijn om prioriteitwijk te worden. Je gaat natuurlijk geen nieuwe gasleidingen aanleggen wanneer de wijk misschien over enkele jaren van het gas af gaat en dan geen gasleidingen meer nodig heeft.
2. Er is een te gebruiken alternatieve energiebron in de buurt, zoals bedrijven met veel restwarmte.
Een wel bijzondere is het warme water dat Brunssum uit oude kolenmijnen haalt.
3. Een hoog percentage woningen is van een woningcorporatie.
Het is voor een gemeente veel gemakkelijker om met één grote partij zaken te doen dan met heel veel kleintjes.
4. Er ligt een warmtenet in de buurt dat uitgebreid kan worden.
5. Er is een enthousiaste groep inwoners die graag snel aan de slag wil.
Mooi om bij aan te haken. En gunstig voor het draagvlak in de wijk.
6. De wijk heeft (vooral) woningen die relatief gemakkelijk goed te isoleren en van alternatieve energie te voorzien zijn.
Dus geen erg oude, monumentale panden. En wanneer een warmtepomp het enige reële alternatief is, moet er voldoende ruimte voor een buitenunit zijn.
7. Het riool moet vervangen worden. Daarom moet de straat toch al open.
Het is gezond verstand dat wijken die hierop hoog scoren het eerst worden aangepakt. Maar het blijkt ook uit de keuze van de 27 landelijke proefwijken die hiervoor van het rijk samen 120 miljoen euro krijgen.
Uiteraard is er één gebied in ons land waar het enthousiasme erg groot is om van het gas af te gaan: Groningen. Appingedam, Delfzijl, Oldambt, Pekela, Stad Groningen en Loppersum doen dan ook met proefwijken mee.
Het is de bedoeling dat in 2030 in ons land één op de vijf woningen van het gas af is. En in 2050 100%.
Geef als eerste een reactie